Een wederbeleggingsvergoeding is een vergoeding die een kredietverlener aan de kredietnemer mag vragen wanneer deze zijn krediet vroeger dan gepland wilt terugbetalen. Deze vergoeding is een schadevergoeding en wordt vaak ook funding loss genoemd.
Waarom bestaat een wederbeleggingsvergoeding
Deze vergoeding bestaat omdat er bij het afsluiten van een lening een contract is aangegaan tussen de kredietverstrekker en de kredietnemer. Beiden dienen zich aan de voorwaarden van dit contract te houden en bij het vervroegd terugbetalen van de aangegane lening is dit niet meer het geval. Hierdoor loopt de kredietgever toekomstige intresten op het krediet mis waardoor deze hiervoor compensatie vraagt aan de kredietnemer. Dit om de kredietgever schadeloos te stellen van het verlies dat deze lijdt door het vervroegd terugbetalen. Als uitleg geeft men dat het tijd in beslag neemt om dit geld terug te laten opbrengen en dat de rente mogelijk gedaald is.
Wie moet een wederbeleggingsvergoeding betalen
Het antwoord hierop is heel eenvoudig: de kredietnemer.
Dit kan zowel een particulier als een bedrijf zijn. Zelfs een bank die vervroegd een lening wil terugbetalen moet een wederbeleggingsvergoeding betalen.
Als een natuurlijk persoon een hypothecaire lening wil terugbetalen dan geldt de wet. Deze zegt dat de wederbeleggingsvergoeding maximaal 3 maand interest mag bedragen.
Hoeveel bedraagt de vergoeding
De hoogte van de wederbeleggingsvergoeding of funding loss hangt af van 3 factoren:
- Het bedrag dat je vervroegd terugbetaalt
- De rentevoet waaraan geleend is
- Is de ontlener een particulier of een bedrijf.
Het is zeer gemakkelijk te berekenen. Voor bedrijfsleningen geldt de wet van 31 december 2013 inzake financiering voor KMO’s. Hiermee wil de overheid de enorme schadevergoedingen beperken die banken aan bedrijven aanrekenen wanneer ze een krediet vervroegd terugbetalen. Dankzij deze wet is het niet meer mogelijk dat er bijkomende voorwaarden gekoppeld zijn aan een vervroegde terugbetaling. Met andere woorden een schadevergoeding bovenop de wederbeleggingsvergoeding is niet meer mogelijk. De wet stelt dat voor ondernemingskredieten afgesloten na het in werking treden van de wet op 10 januari 2014 de vergoeding beperkt is tot zes maanden intrest op de som op het kapitaal dat vervroegd terugbetaald wordt. Dit in het geval het kredietbedrag niet meer dan 1 miljoen euro bedraagt. Is dit wel het geval dan heeft de kredietverstrekker contractuele vrijheid over deze schadevergoeding.
Ben je een particulier en sluit je een lening voor je woning af bij de bank dan bepaalt de wet dat de wederbeleggingsvergoeding maximaal 3 maand interest bedraagt wanneer je jouw lening geheel of gedeeltelijk wilt terugbetalen.
Ook bij het herfinancieren van je hypothecaire lening die je een een funding loss vergoeding te betalen aan de bank.
Voorbeeld van het berekenen van een wederbeleggingsvergoeding
Het is een financiële term die een stuk duidelijker wordt met een voorbeeld. Stel je hebt een woonlening afgesloten tegen een rentevoet van 5 % en na een aantal jaar heb je een financiële meevaller en wens je het resterende kapitaalsaldo van je lening volledig terug te betalen. Dit saldo bedraagt in ons voorbeeld 75.000 €.
De wederbeleggingsvergoeding bereken je op de volgende manier:
“Bedrag dat je vervroegd terugbetaalt” x “Rentevoet” x “3 maanden intrest i.p.v.12”
Voorbeeld: 75.000 € x 5,00 % x 3/12 = 937,5 €
Waar vind je de funding loss in het contract
In de kleine lettertjes van bijna ieder contract waarbij je geld leent staat iets over een wederbeleggingsvergoeding of funding loss vergoeding. Lees dit dus zeer aandachtig alvorens je een lening aangaat. Meestal is dit in onbegrijpelijk vakjargon opgesteld maar daarom niet minder bindend.
Wanneer mag je dit betalen
Volgens de wet heb je de vrijheid om dit op eender welk moment te betalen. Zelfs in de eerste maand van je lening als je dit zou willen. Op elk moment mag je kiezen om het resterende saldo geheel of gedeeltelijk terug te betalen mits betaling van een wederbeleggingsvergoeding.